Josephina Erkes (29) heeft in de rechtszaal een baby van een paar maanden oud op de arm. Het kind is in de gevangenis, tijdens voorarrest, geboren. Het is haar zwaar te moede, op de vragen van de rechter geeft ze geen antwoord. Het maakt niet uit, de rechter is er snel van overtuigd dat zij het was die op 6 en 7 oktober 1895 de valse munten op de kermis in Oploo heeft uitgegeven.
De bewijzen zijn overduidelijk, de verklaringen van de getuigen glashelder. Resterende valse munten zijn door de gewaarschuwde brigadier Baarts aangetroffen in de portemonnee van haar man, Adriaan Verstegen (29). Duits geld: stukken van 1 en 2 mark uit 1877 met de beeltenis van de Duitse keizer. De vrouw voldoet aan de beschrijving van de kermislui: klein, donker haar en blauwe ogen, ronde kin, ovaal gezicht en geheel in het zwart gekleed.
Verstegen heeft de munten zelf gemaakt. Hij is goed met zijn handen. De in Wanroij geboren zoon van een klompenmaker beoefent officieel hetzelfde beroep als zijn vader. Hij woont in Duitsland, in Kempen, vlak over de grens bij Venlo. Zijn vrouw Josephina is een Duitse; zij is geboren in Sankt Hubert, een vlek in de buurt van Kempen. Verstegen bekent op 21 april 1896 tegenover zijn rechters dat hij de valse munten heeft gemaakt. Waarom? Zijn gezin was in diepe ellende geraakt, zegt hij. Langer dan een jaar was híj, de kostwinner, aan het ziekbed gekluisterd geweest. Hij had zijn huisraad al verkocht om eten te kunnen kopen. Ten einde raad was hij bezweken voor de verleiding en had wat munten nagemaakt.
Burgemeester Plum van Kempen, ook aanwezig op de zitting in Den Bosch, had hoogstpersoonlijk het huisje van de twee onderzocht. In het klompenblok, waarop Verstegen zijn klompen hakte, had hij een verborgen luikje ontdekt. Daarachter had het bewijsmateriaal gelegen: gipsvormen voor het gieten van munten. Plum was niet verbaasd geweest. Verstegen was eerder op valsemunterij betrapt en had al een jaar in een Duitse cel doorgebracht.
De rechters tonen weinig compassie. De valsmunterij zelf wordt zwaar bestraft: Verstegen moet vier jaar de cel in. Het opzettelijk uitgeven van vals geld wordt minder zwaar aangerekend, zijn vrouw krijgt een jaar gevangenisstraf.
Beiden gedragen zich goed in de gevangenis. De man heeft het er moeilijk. De gevangenisdirecteur noteert dat Verstegen lijdt aan ‘een zeer gedeprimeerde toestand van het zenuwstelsel’. Twee verzoeken om eerder vrijgelaten te worden, worden door de minister van justitie echter afgewezen. De valsemunter zit de volle straf uit.