Dwarskijker van woensdag 17 juli 2024
Aardig kaartje op de website van deze krant. Het laat zien hoeveel mensen in elke gemeente zich ‘sportieve wandelaar’ noemt. Actueel natuurlijk, nu het wandellegioen van de Nijmeegse Vierdaagse door de regio trekt.
In het Land van Cuijk ligt dat percentage op 5. In Gennep wandelen ze meer: 7 procent. Daar steekt het percentage van de wandelhoofdstad zelf, Nijmegen, 4 procent, toch wat magertjes bij af.
Wat is sportief wandelen? Moet je daarvoor meedoen aan wandelmarsen? Dan ben ik het dus niet. Ik wandel graag, maar houd niet van dat massale. Trek liever in mijn eentje of met een maatje door het land, dan trappend op de hakken van een voorganger.
Nederland ligt vol wandelpaden dus ik kom wel aan mijn kilometers. Op sommige kruispunten van wandelpaden staan zoveel bordjes van verschillende routes dat je je hoofd er goed bij moet houden, wil je niet verdwalen.
Over verdwalen gesproken. Dat gebeurde me twee weken geleden bijna toen ik een etappe liep van het Romeinse Limespad, langs de vroegere noordgrens van het Romeinse rijk. De route voerde dit keer door de nieuwbouwwijken ten noordwesten van Utrecht. Zoals De Meern. Ik was gelukkig gewaarschuwd: baldadige types uit de wijk zouden er plezier in scheppen om wegwijsbordjes zwart te schilderen. Het kostte inderdaad de grootste moeite om de weg te vinden, zonder boekje was het niet gelukt.
In die Utrechtse wijken houden ze blijkbaar niet van wandelaars. Net even gecheckt op de site van de krant en het klopt: Utrecht, slechts 2 procent.
Na het geploeter door De Meern had de wijk gelukkig wel een fijn cadeautje voor me in petto: een Romeinse boot van 2.000 jaar oud. Die Romeinen deden dus ook niet alles te voet.
Wandel ze!