Dwarskijker van zaterdag 13 april 2024
De Limburgse starterslening is ogenschijnlijk een succes. In 2022 konden 566 Limburgse starters op de woningmarkt met behulp van die aantrekkelijke regeling een huis aanschaffen. Het jaar daarop was dat aantal gegroeid naar 799. Me dunkt dat dat mooie cijfers zijn in een periode van krapte op de huizenmarkt, in een tijd waarin jonge mensen tienduizenden euro’s moeten overbieden om een woning te kunnen bemachtigen.
En toch mankeert er iets aan de regeling. Want wie in Gennep met dat steuntje in de rug een huis wil bemachtigen, vist achter het net. Waarom? Omdat in die Noord-Limburgse gemeente geen huizen op de markt komen goedkoper dan 280.000 euro. Dat is de grens die het Limburgse bestuur aan de regeling heeft gekoppeld. Voor duurdere huizen krijg je die lening niet. Het is dus, zoals deze krant deze week een makelaar citeerde, ‘een instrument waar je niets mee kunt’. Behalve in het zuiden, waar de prijzen een stuk lager liggen.
Moet dat plafond van 280.000 euro niet eens worden opgerekt? De gemiddelde koopprijs van een woning in Nederland stijgt bijna met het uur en was in 2023 al 418.000 euro. In Limburg was de gemiddelde prijs in dat jaar ook al 329.000 euro.
Werk aan de winkel, dus. Of Maastricht verhoogt de grens, of, en dat is misschien een veel reëlere aanpak, het provinciebestuur gaat maatwerk toepassen. Dus dat Gennepenaren, en wellicht ook eerste huizenkopers in Mook en Middelaar en Bergen, óók dat belangrijke duwtje in de rug krijgen.
Misschien wordt de vlaai in de kop van Noord-Limburg wel op een andere manier gebakken, hij is net zo Limburgs en smaakt er niet minder om. En het lekkerst is zo’n vlaai, als je die aan je eigenste keukentafel kunt eten.