Dwarskijker van zaterdag 6 mei 2023
Er komen levensloopbestendige woningen in de Bakelgeert in Boxmeer. Da’s op de plek waar lange tijd twee scholen stonden. Mooie plek om te wonen, dunkt me. Vlakbij alle voorzieningen. Je hoeft de weg maar over te steken – straks via een veilige rotonde – en je kunt een duik nemen in het zwembad. Alle winkels op loopafstand, net zoals de apotheek en het treinstation. En 17 van de 23 nieuwe huizen krijgen ook nog eens een tuintje. Wie wil daar nou niet wonen?
Bouwwethouder Bouke de Bruin – allitereert lekker hè – zie ik steeds vaker met een glimlach van oor tot oor op een foto staan bij een bouwbord. Ze heeft bij haar aantreden als bestuurder van het Land van Cuijk veel woningen beloofd dus die glimlach begrijp ik. Volgens de wethouder lenen deze nieuwe woningen ‘zich goed voor de wat oudere doelgroep’.
Levensloopbestendig, hè. Dat is het vlaggetje dat hier wordt gehesen.
Een vriendin van een vage kennis van een buurmans bridgepartner heeft het niet zo op dat woord ‘levensloopbestendig’. Misschien komt het omdat ze, zoals ze zelf zegt ‘zwerversbloed’ in zich heeft. Als ik het woord per ongeluk laat vallen, verschijnt op haar gezicht een grimas. Net zo breed als de glimlach van Bouke, maar een grimas dus waar de afkeuring van afspat. Waarom die afkeer voor dat woord? ‘Ik moet er niet aan denken dat je in een huis gaat wonen waarvan al bij voorbaat vaststaat dat het je eindstation is’, zegt ze. ‘Dat door die inloopdouche, verlaagde drempels en slaap- en badkamer op de begane grond je horizon volledig is ingekleurd. Dat je daar nooit meer wegkomt. Hooguit horizontaal, op een ambulancebrancard of tussen zes planken. Noem het toch gewoon een bejaardenwoning’, zegt ze.
Tja.