In een ondergrondse expositieruimte in het Brabantse Overloon kun je wandelen door een driedimensionaal, ‘dantesk’ schilderij van de Rotterdamse kunstenares Eveline Visser. Het zijn geen opwekkende taferelen, maar je wordt vergezeld door de hoop en aan het einde van de bijzondere tocht gloort het eeuwige licht.
Gepubliceerd in FD Persoonlijk van het Financieele Dagblad op 28 januari 2023
Ze koos vrijwillig voor een mollenbestaan. Anderhalf jaar lang bracht Eveline Visser (1949) acht uur per dag door onder de grond. In een betonnen bunker op het terrein van het Oorlogsmuseum in Overloon.
Ze werkte aan een immense installatie, een driedimensionaal schilderij. Terwijl de buitenwereld gewend raakte aan beelden van Oekraïners die zich onder de grond verscholen voor Russische bommen, raakte Visser in haar bunker gewend aan het ontbreken van daglicht. Ze fabriceerde panorama’s, met name taferelen uit de hel. Je zou ze zomaar als afgietsels van het slagveld van de Donbas kunnen beschouwen. Toch is de relatie tussen dit kunstwerk en de realiteit puur toeval. Ze was al bezig met haar project toen Poetin zijn aanval op Oekraïne nog moest doen. Maar wie door een nauwe doorgang de tentoonstelling betreedt – de vergelijking met een geboortekanaal is een juiste, aldus de kunstenares – word je toch geconfronteerd met beelden die aan een actueel item uit het Journaal doen denken. De kunstenares haalt er de schouders over op: ‘Je hebt inderdaad weinig verbeelding nodig om de hel uit te tekenen.’
Zeg niet dat je niet gewaarschuwd bent. Boven de ingang staat een leus die aan duidelijkheid niets te wensen overlaat: ‘Hij die hier binnentreedt, laat alle hope varen!’ ‘Laat je door die leus niet afschrikken’, zegt Visser. ‘Je zult ontdekken dat de hoop zegeviert, dat het goed afloopt.’
De waarschuwing komt uit La Divina Commedia, de goddelijke komedie, het beroemde werk van Dante Alighieri (1265-1321). Het is het verslag van een imaginaire reis die Dante door het hiernamaals maakte. Hij liet zich vergezellen door de Romeinse dichter Vergilius (70-19 v Chr). Die tocht wordt wel gezien als de verwerking van een donkere periode uit zijn leven toen Dante aan ernstige depressies leidde.
In de installatie van Visser, die ze Hel en Hemel noemt, komen alle disciplines samen die ze als kunstenares beoefent. Ze schildert, maar bouwt ook theatrale installaties waarin ze materialen hergebruikt. Vanwege haar visueel overweldigende beeldtaal werd haar in 2022 de driejaarlijkse Hendrik Chabotprijs toegekend.
Goed voorbeeld van hergebruik is de installatie waarin ze honderden vlaaidozen heeft verwerkt van een plaatselijke bakker. Of dat een statement is? ‘Nee hoor’, zegt ze droog. ‘Ze waren gewoon voorhanden. De vrijwilligers in het Oorlogsmuseum hiernaast trakteren nu eenmaal vaak.’ Maar zo heel onbedoeld zijn de gebaksdozen ook weer niet: ze weerspiegelen ongebreideld consumentisme. Dat ze zwart zijn, is mooi meegenomen.
Dante is niet alleen aanwezig in de disclaimer boven de toegangspoort. Wat Visser betreft, maakt ook de bezoeker een hellevaart, net als Dante en Vergilius. Overigens maak je deze reis ook niet alleen. De kunstenares of één van haar assistenten begeleidt elke bezoeker.
Helse voorstellingen maken vindt Visser niet moeilijk. ‘Die ervaar je in allerlei vormen op aarde al. Maar de hemel is moeilijker, wist Dante ook niet goed te verbeelden. Je hebt immers geen referentie. Ik heb mijn eigen hemel gecreëerd, een heel andere dan die van Dante.’
Zoals aangekondigd: je treedt binnen in de hel en dat is een oorlogsgebied. Daar ligt een dode baby op een grafsteen. De kunstenares stelt je gerust: die baby keert straks in een positieve setting terug.
In een volgend panorama stelt Visser gierigheid en hebzucht aan de orde. Geld ziet ze als de oneindige oorzaak van ellende. Ze illustreert dat met een enorme kerkenzak die omgekeerd aan het plafond hangt. Een grote hand onder de collectebuidel vangt de muntstukken op. Visser: ‘Die hand ontvangt en hoeft er niets voor te doen. Vroeger werd woekerrente als de grootste zonde beschouwt. Een vorm van verrijking die maar doorgaat, rente vermeerdert zich immers zelf.’
Zeven installaties, elk een van de zeven hoofdzondes verbeeldend, nemen een groot deel van de betonnen expositieruimte in beslag. Zoals alles door de bezoeker mag worden besnuffeld, zo mag ook een uit de kluiten gewassen xylofoon worden bespeeld. Wie met een enorme drumstok op de toetsen slaat, ziet projecties van bloemen oplichten, elk een wereldwonder symboliserend.
De volgende installatie beneemt je de adem. Is het een broodje aap dat op het slagveld ingewanden worden gestolen? Wat Visser betreft niet: ‘Zodra er chaos ontstaat, eigenen mensen zich de vrijheid toe om te doen wat ze willen…’ Naast beelden als ‘The Stolen Kidney’ en ‘The Stolen Baby’ staan zeven potten opgesteld. In elke pot een vieze geur, haal het deksel eraf en je ruikt de vernietiging. Maar in een klein kabinetje ruikt het naar lavendel… De hoop laat je ook nu niet in de steek.
Centraal in de bunkeropstelling verbeeldt de kunstenares het dilemma tussen ja en nee, tussen goed en fout. Is er een grijs gebied? Visser laat je zelf ervaren of dat zo is. Je loopt een ruimte in, een black box, een wonderdoos waarin je de waarheid zou kunnen vinden. Je loopt van ‘yes’ naar ‘no’, maar de overgang is abrupt: nee, er is geen tussengebied. En die deur daar, leidt die dan naar het tussengebied? Nee, die deur blijkt geschilderd, die laat zich niet openen. Wat voor de één ja is, betekent voor de ander nee en dat geldt ook voor goed en fout.
Het is hier waar Visser de link legt met de buren: het Oorlogsmuseum. In de jaren tachtig was in deze bunker het holocaustmuseum. Een jaar of tien geleden besloot de museumdirectie zich te concentreren op het exposeren van oorlogsmachinerieën en werd het holocaustmuseum ontmanteld. Visser heeft één beeld teruggeplaatst: een beeld van kampgevangenen. ‘Ik wilde refereren aan de expositie die hier ooit is geweest. Het hoort hier thuis want oorlog is dé plek waar het dilemma van goed en kwaad zich het duidelijkst manifesteert.’
Dante Alighieri leidt zijn lezers achtereenvolgens door het inferno (de hel), het purgatorio (de louteringsberg) en ten slotte het paradiso (de hemel). Vooral dat laatste is goed om te weten. Na de bedrukkende sfeer van helse panorama’s, komt de bezoeker langs louterende installaties. Zoals een doorkijkje naar een kathedraal in de steigers. Er staat een schildpad naast, die, zoals bij de Chinezen, het eeuwige leven verbeeldt. Ook de baby duikt weer op, maar nu als de vertegenwoordiger van datzelfde eeuwige leven.
En dan verwelkomen ‘welcome sisters’ je in het paradijs. ‘Verbeeld je niet te veel’, zegt Visser. ‘Dat ideaal van het hiernamaals als de plek van het eeuwige leven hebben we allang bereikt. Met avatars en hologrammen kunnen we ons allang onsterfelijk maken. En dat ook nog eens in een vorm die je kunt oppoetsen, mooier dan je werkelijk bent.’ Dat zegt de kunstenares zonder enig cynisme. ‘Mijn hemel’, zegt ze, ‘biedt een zienswijze voor een hoopvol en zonnig leven.’
Je verlaat de bunker door opnieuw een versmalde doorgang, je wedergeboorte is een feit.
Hel en Hemel van Eveline Visser is te bezoeken via een rondleiding. Een rondleiding start om 13 uur en duurt drie kwartier. Een groep bestaat uit minimaal vier en maximaal acht personen. Kosten: 7,50 euro per persoon, inclusief publicatie. Aanmelden via e-mail: info@kapellenbaan.nl. Locatie: Oorlogsmuseum, Museumpark 1 Overloon.
Meer informatie op www.kapellenbaan.nl