Die man uit Mill moet zijn boeltje pakken en drie maanden zijn huis uit. Want er liep een stroomdraad van zijn huis naar een mestkelder waarin een hennepkwekerij verstopt zat. Of ik geloof dat die man niets van dat illegale kabeltje wist, zoals ie tegen de politie heeft verklaard? Ik haal mijn schouders op. Lijkt me dat je zo’n draadje wel ziet liggen, ook als je 73 bent.
De burgemeester van Mill en Sint Hubert heeft, los van een strafzaak, het besluit genomen dat de man drie maanden zijn woning niet in mag. Dat mag de burgemeester doen. Staat in de Opiumwet. Ook als het om een koopwoning gaat. Gewoon zeggen: koffers pakken, sleutels inleveren, voor mijn part val je drie maanden je familie lastig of kruip je in een holle boom op Tongelaar.
Waarom mag de burgemeester dat doen? De rechter maakt toch uit of iemand schuldig is? De rechter bepaalt toch welke straf iemand krijgt? En is wonen niet één van de grondrechten die in 1948 door de Verenigde Naties zijn vastgelegd? Staat in die verklaring niet ook dat iemand niet mag worden bestraft zonder voorafgaande berechting?
Vragen die door mijn hoofd spoken.
De Raad van State geeft antwoord. Een burgemeester mag een huis laten dichttimmeren zodat het kweken van de wiet en de handel worden stilgelegd. En om andere strafbare feiten te voorkomen.
Is de burgemeester echt bang dat er opnieuw wiet wordt gekweekt in of bij het huisje van de 73-jarige Millenaar? Die hennepkwekerij is natuurlijk allang ontmanteld. Dat kabeltje allang weggehaald.
De burgemeester is in goed gezelschap. Hij en zijn collega’s zetten jaarlijks meer dan duizend mensen hun huis uit wegens hennep. Maar in ruim 30 procent van de gevallen is het onterecht.
Foto: Ed van Alem