Dwarskijker woensdag 14 augustus 2019
Geurt Franzen schrijft tweemaal per week (woensdag en zaterdag) de column Dwarskijker voor de editie Maasland van De Gelderlander
Je kunt als overheid alles verbieden. Maar het is geen garantie voor een braaf burgerdom. Sterker nog: wat verboden is, krijgt extra aantrekkingskracht. Vooral onder jongeren, de leeftijdsgroep waarvoor nogal eens een verbod wordt afgekondigd.
Ik vind de noodkreet van Liesbeth van Heeswijk, over overlast door jongeren als gevolg van lachgas, best begrijpelijk. Het is niet leuk, zeker niet waar anderen recreëren, dat jongeren de boel verpesten na inname van geestverruimend gas. Het probleem zit ’m echter niet in het lachgas. Ook een teveel aan bier, een jointje dat verkeerd valt of een iets te sterk pilletje maakt dat een jongere de grenzen niet ziet. En anders is het wel een overdosis aan bravoure, opgewekt door een hormonensysteem dat de ultieme update nog niet heeft gehad.
Dus mevrouw Van Heeswijk, voorvrouw van de politieke partij Liberaal Land van Cuijk, kan wel pleiten voor een verbod in Cuijk, veel helpen zal het niet.
Weet ze zelf ook wel. Als er echt een liberaal hart in haar klopt, dan verfoeit ze al die verboden in de politieverordening en laat ze het gezond menselijk verstand prevaleren boven overheidsbemoeienis.
Uitzonderingen daargelaten is het probleem van jongeren geen probleem, maar een periode waar ze allemaal doorheen moeten. Alles aftasten, de grenzen uitdagen en uiteindelijk toch met zo min mogelijk kleerscheuren invoegen in het burgerlijk systeem. Ondertussen staat de volwassene met gebonden handen: bidden dat het goed komt.
In het klassieke Sparta hadden ze een andere oplossing: pubers werden in hun lastige periode een tijdje buiten de stadsmuren gedumpt. De sterksten overleefden.
Kunnen we ook doen. Maar muren maken de wereld zo lelijk.