Geurt Franzen schrijft tweemaal per week (woensdag en zaterdag) de column Dwarskijker voor de editie Maasland van De Gelderlander
Ik vrees dat de plannenmakers van de ‘Lob van Gennep’ de burgers niet mee krijgen. Het is ook nogal wat als iemand verzint om jouw huis en tuin onder water te laten zetten bij een extreem hoge Maas. Ook al is de filosofie achter de plannen niet gek: je offert wat op om erger te voorkomen. Beter een minder dichtbevolkt gebied, dat relatief snel te evacueren is, met minder bebouwing en minder dure infrastructuur, opofferen dan een ramp in een stedelijk gebied. De schade in de ‘Lob’ zal hoog zijn, maar vele malen minder dan in een overstroomd Den Bosch.
Maar hoe krijg je iemand zover om zich op te offeren voor de ander, geen familielid of dorpsgenoot, maar een onbekende stedeling die 65 km verder woont? Daar moet op zijn minst wat tegenover staan. Het lijkt erop dat de plannenmakers over alle technische aspecten goed hebben nagedacht, maar niet over hoe je draagkracht voor een plan ontwikkelt. Dom. En te laat om nog te corrigeren. Want met de oprichting van de actiegroep ‘Nee tegen de vloedgolf’ is de geest uit de fles. Of, toepasselijker: zijn de schuiven opengezet. Een gemeenschap mobiliseren tégen een plan is zoveel makkelijker dan burgers klaarstomen voor zoiets ingrijpends als de ‘Lob van Gennep’. Verloren zaak, vrees ik.
Aan de overkant van de Maas wás eeuwenlang zo’n bekken: de Beerse Overlaat. Waren de boeren die er land hadden niet blij mee en de dorpelingen die bedreigd werden evenmin. De kanonnen in Grave braakten een kogel uit om het volk te waarschuwen: het water komt!
De Beerse Overlaat stamde uit een tijdsgewricht waarin de gewone man en vrouw geen moer te vertellen hadden. Beleidsmakers hebben vast heimwee naar die tijd. Maar die tijd komt niet weer.