Ik kwam Jezus tegen. Hij lag languit op de grond. Genageld aan zijn kruis dat wel, maar toch: languit op de stoep.
Het zag er niet uit. Ik zeg tegen hem: ‘Sta op, Jezus. Sta op en wandel.’ Zoals hij dat ooit tegen de lamme te Bethesda zei: ‘Sta op, neem uw beddeken op, en wandel’ (Joh. 5:1-15). Waarna de lamme geen lamme meer was en als een jonge vent heenging, door de poort van Jeruzalem.
Maar Jezus op de grond wist dat ik de kracht ontbeer die hèm in het Nieuwe Testament wordt toegekend. Hij bleef liggen waar hij lag, een soort van genageld aan de grond. Hij verroerde zich niet en zweeg totdat enkele mannen hem met kruis en al optilden, in een vrachtwagen legden en wegreden.
Dat was eerder deze week in Vierlingsbeek. Op de stoep voor de kerk die nu de leegte echoot van een kerk zonder Jezus aan het kruis.
Ze hebben het aan zichzelf te danken, zegt de pastoor van de parochie in zijn kerk verderop. Hij is met zijn poetsdoek in de weer en stoft de verhuisde Jezus af. Zijn handen gaan respectvol over de stenen leden van de gestolen Jezus terwijl zijn woorden als leugens echoën in zijn met beelden volgestouwde kerk: ‘Gegeven is gegeven.’
Ooit schraapten de parochianen van Vierlingsbeek hun centen bij elkaar zodat voor hun kerk, net als voor al die andere, beelden konden worden aangeschaft. Van de heilige Laurentius, patroon van hun parochie. Van Jezus aan het kruis.
Nu ze de mis niet meer bezoeken, neemt de pastoor de beelden mee naar een andere kerk. Niet dat het daar zo druk is op zondag. Maar met al die geroofde beelden om hem heen, staat ie er toch niet zo alleen, op zondagmorgen, tijdens de mis. De gestolen Jezus zwijgt. Maar hij heeft alles gezien.
(Foto: Chris van der Ark)