Overal is muziek. Van voetbalveld tot bouwplaats. Maar die moet wel door iemand gemaakt worden. Pluim dus voor Sint Anthonis dat 60 mille steekt in muziekles op de basisscholen. Een kind dat muziekles krijgt en vertrouwd raakt met een muziekinstrument, zal een rijker leven hebben. Durf ik gewoon te stellen.
Mijn leven is rijk vanaf het moment dat ik de muziek als luisteraar ontdekte. En werd, veel te veel jaren later, nóg rijker toen ik de moed had om zélf een instrument te gaan bespelen. Pas een jaar zes nu dat ik dagelijks piel op een gitaar, in een bandje dat me het voordeel van de twijfel gunt, dat ik me geen leven meer kan voorstellen zónder spelen en zingen.
De wens was er altijd, maar werd gefrustreerd in mijn jeugd door een onwillige school en ouders die het belang er niet van inzagen. Ik mócht wel naar muziekles, maar niet met de fiets naar school. Zodat ik elke keer tien minuten te laat bij muziekleraar Lamée binnenkwam. Niemand die een oplossing wilde bedenken en zo werd mijn ongetwijfeld glansrijke carrière als muzikant in de knop gebroken.
60.000 euro is natuurlijk veel te weinig. Kun je op al die scholen hooguit twee uur muziekles per week voor geven.. In Hongarije zijn scholen waar kinderen élke dag twee uur muziekles krijgen. Afijn, beter dan niks.
Toen mijn dochter vwo-examen muziek wilde doen, als éxtra vak, en de schoolleiding dat niet wilde faciliteren (‘Muziek? Ze kan zó goed leren!) ontplofte ik. Ik had zin om die schoolleider te roosteren op een traag vuurtje. Met op de achtergrond een stemmig requiem. Bij voorkeur dat van Mozart. Mijn dreigement volstond, mijn dochter slaagde en werd een begenadigd muziekdocent. Haar zus ook. Lekker puh.
Geurt Franzen schrijft tweemaal per week (woensdag en zaterdag) de column Dwarskijker voor de editie Maasland van De Gelderlander