Of de hemel bestaat of enkel een door mensen in stand gehouden mythe is, maakt niet uit. Een mens kan niet zonder mythes. Daarom koester ik vandaag zonder terughoudendheid de gedachte dat er een hemel ís. Dat een ziel zondagmiddag, misschien wel vergezeld van donder en bliksem, opsteeg uit het gepijnigde lichaam van een Boxmeerse muzikale held van slechts 24 jaar. Een ziel op weg naar de hemel. Een pluisje in de ijle lucht.
Als ik iemand heb gekend wiens handen vergroeid waren met een sixstring dan was hij het wel, Kristian Strik, de bezielde sologitarist van The Naked Sweat Drips. Geen jongeman van veel woorden. Hoefde ook niet, zijn taal was die van de muziek. Met het bandje waarin zijn vader en ik wat plukken aan gitaren, hebben we eens een hele dag in mijn kleine werkruimte opgesloten gezeten om wat nummers op te nemen. Met Kristian aan de knoppen. En Kristian zweeg. Ook nadat ik strak van de zenuwen mijn partijtje had gespeeld, bibberend, want ik wist zijn blik, de blik van de meester, op me gericht. Maar Kristian zweeg, hield respectvol het commentaar voor zichzelf en poetste naderhand de onregelmatigheden weg.
In een hoekje van de hemel is een ruimte ingericht voor de Club van 27. Stuk voor stuk muzikale grootheden die op 27-jarige leeftijd de pech hadden te overlijden. Vaak als gevolg van een onvoorzichtige levensstijl, maar toch. Te vroeg aan de wereld onttrokken, geëerd met de status van legende. Brian Jones en Janis Joplin, Jim Morrison, Kurt Cobain en Jimi Hendrix. Kristian was pas 24. Ik weet zeker dat de illustere muzikanten een uitzondering maken en hem als volwaardig lid opnemen. Dat Jimi hem zijn luchtgitaar aanreikt en zegt: ‘Play it Kris.’